Monika Diederichs – Kinderen van Duitse militairen
Auteur: MONIKA DIEDERICHS: KINDEREN VAN DUITSE MILITAIREN – Een verborgen leven.
Uitgever: Aspekt B.V.
Datum: 2012
ISBN 978-94-6153-218-3
In 2006 verscheen Monika’s boek ‘Wie geschoren wordt moet stil zitten’. Het beschreef de situatie en de problemen van vrouwen en meisjes die tijdens de oorlog een relatie met een Duitse militair hadden gehad. Ze vatte toen al het plan op om een boek te schrijven waarin de kinderen die uit deze relaties geboren werden aan het woord zouden komen. Dat boek is in het najaar verschenen en is gebaseerd op gesprekken met 26 van deze kinderen en 8 moeders.
In het eerste en tweede hoofdstuk wordt kort uiteengezet hoe de Duitsers de opvang van zwangere vrouwen en meisjes (getrouwd of ongetrouwd) geregeld hadden en komt de levensgeschiedenis van Marcel aan de orde. Het derde hoofdstuk beschrijft de lotgevallen van Ab, Tinne en Carla die door hun moeder afgestaan werden. Daarna volgen gesprekken met kinderen die door hun moeder of door familieleden opgevoed zijn. Tenslotte wordt er gekeken naar de zoektocht naar hun onbekende vader door enkele van deze ‘kinderen’. In het laatste hoofdstuk worden de resultaten van een enquête in Noorwegen, Denemarken en Nederland met elkaar vergeleken.
Elk van de geïnterviewden heeft zijn of haar eigen verhaal. Het maakt uit of je als kind bij je moeder gewoond hebt, of in een kindertehuis werd ondergebracht en eventueel later bij een adoptiegezin. Veel hangt ook af van hoe je als kind bent opgevangen, of misschien juist helemaal niet. Of je moeder met de Duitse militair of burger getrouwd was of niet. Het maakt uit of je de waarheid over je geboorte van je eigen moeder of pleegouders hoorde, of dat derden je het vertelden. En op welke leeftijd je het hoorde, als kind of pas op de middelbare leeftijd.
In de veertiger, vijftiger jaren was het hebben van een buitenechtelijk kind op zich al een grote schande. Als het dan ook nog een kind van ‘de vijand’ was, was de schande dubbel zo groot. De problemen die deze kinderen later in hun leven ondervonden kunnen deels vergeleken worden met de problemen van andere buitenechtelijke kinderen, met daarbij nog de problematiek waar veel adoptiekinderen mee worstelen, de vraag naar hun biologische ouders. Het gegeven dat ze kinderen van de vijand waren maakte het leven nog zwaarder. In een familie waarin de grootouders zorg droegen voor een kind van een Canadese militair en van een Duitse werd duidelijk, dat het ‘Duitse’ kind werd achtergesteld bij het andere.
Er zijn thema’s die in vrijwel elk levensverhaal terugkeren. De ondertitel van het boek, een verborgen leven, vat de thematiek grondig samen. De kinderen die uit de relaties geboren werden, kenden hele stukken van hun eigen wordingsgeschiedenis niet, terwijl de naaste omgeving daarvan meestal wel op de hoogte was. Als eenmaal duidelijk was dat de vader een Duitser was, werd het zaak over dat gegeven te zwijgen om niet steeds met denigrerende opmerkingen of erger geconfronteerd te worden. Naast het zwijgen van de moeders, die meestal niets over haar relatie met de militair wilden vertellen, zelfs vaak weigerden zijn naam te noemen, kwam dan het eigen zwijgen.
Toch is bij allen een moment gekomen waarop het verleden zich aandiende. Als familieleden of buurtkinderen het vertelden, of later als er een handtekening onder een diploma gezet moest worden, als er een geboortebewijs op het gemeentehuis gehaald moest worden, een paspoort aangevraagd of een aanvraag voor een huwelijk werd ingediend. Dan werd het veel kinderen duidelijk dat ze geadopteerd waren en dat gegevens over hun biologische vader ontbraken. Voor sommigen was dat de eerste aanleiding om op zoek te gaan naar de waarheid over hun geboorteomstandigheden, anderen begonnen veel later aan hun zoektocht. Daarbij speelde vaak de angst een rol dat de onbekende vader misschien bij de Jodenvervolging of geweldpleging betrokken zou zijn geweest. Vrijwel alle kinderen stuitten op een muur van zwijgen van hun moeder, het bracht hen naar archieven en hulporganisaties. Sommigen slaagden erin, vaak na lange jaren, gegevens over hun vader te vinden. In de meeste gevallen waren die inmiddels gestorven, maar dan was er toch de Duitse familie, die in veel gevallen van het bestaan van het Nederlandse kind afwist. Bij sommige families vonden de Nederlandse kinderen een warm onthaal, bij anderen bleef het gevoel van welkom zijn en thuiskomen uit.
Bij vrijwel alle kinderen speelt de vraag: wie ben ik eigenlijk? Als je niet weet wie je vader is, ontbreekt er een belangrijk deel van de basis onder je voeten. Je mist een vader als je alleen door je moeder wordt opgevoed, je mist een persoon waarin je jezelf kunt herkennen als je door een stiefvader wordt grootgebracht, je mist familieleden van je onbekende vader waardoor de familiekring vaak heel beperkt is. De vraag wie de vader is, is ook belangrijk als er een bepaalde ziekte in het spel is die verder in de familie niet voorkomt, of positief, als er creatief talent blijkt te zijn terwijl niemand in de familie kunstzinnig begaafd is.
Veel kinderen zijn op school en in de buurt uitgescholden en getreiterd. Op het waarom kregen ze van hun moeders geen antwoord en dus zochten ze de schuld maar in zichzelf: ik zal wel geen aardig kind zijn. Om vervolgens door een voorbeeldig gedrag te proberen de gunst van de klasgenoten of buurtkinderen te verwerven, wat natuurlijk niet lukte. Zo’n voorbeeldig gedrag werd ook vaak ingezet om de liefde van de moeder te verkrijgen, terwijl de moeders vaak afstand bewaarden en kil met hun kind omgeven om zelf overeind te blijven.
Een verborgen leven, in onzekerheid, met een groot gebrek aan zelfvertrouwen, met vaak mededogen met de moeder dat later kon omslaan in haat als duidelijk werd dat het zwijgen van de moeder zelfzuchtig was geweest en niet bedoeld was om het kind te beschermen. Een leven waarin veel gezwegen en verzwegen moest worden, zodat alle spontaniteit verdween en je altijd op je hoede moest zijn. Een leven dat maar gedeeltelijk geworteld was.
Sommigen hebben zich door de problemen heen geworsteld, hebben van derden steun en hulp gekregen, en vonden personen die oprecht in hen geïnteresseerd waren. Maar voor allen bleef het een leven dat een ongunstige start had, dat door eigen inspanning en met hulp van anderen moest worden omgebogen in een positieve richting.
GSB
lees meer en discussieer mee op ons forum.