Wiel Tulmans – Donkere maanden in Wuppertal
Auteur: WIEL TULMANS EN DE FAMILIE SCHÜTTE, DONKERE MAANDEN IN WUPPERTAL,
Uitgever: DTP Graphic Products
Datum: 2011
Pagina’s: 158
ISBN 978 90 7646 1496
Wiel Tulmans, geboren in 1930 in het gehucht Kaumeshoek te Beringe, groeit op in een gezin van 6 kinderen. In oktober 1944 vinden in Noord-Limburg de beruchte razzia’s plaats. De Duitsers hebben gebrek aan mankracht omdat het front steeds meer eigen mannen vergt. Het is 17 november 1944 als Wiel Tulmans op 14-jarige leeftijd, daags voor de bevrijding van Helden, door terugtrekkende Duitse soldaten in Beringe wordt opgepakt en vanuit Venlo in veewagons wordt weggevoerd naar Wuppertal. Daar moet hij onder erbarmelijke omstandigheden dwangarbeid verrichten. Het wordt een leven van pijn, luizen en iedere dag weer terugkerende bombardementen. Honger dwingt hem om te gaan bedelen en zo gaat hij op een van zijn bedeltochten de bakkerswinkel van de familie Schütte binnen om wat brood te vragen.
De dochter stopt hem wat eten toe en bij de bakkersfamilie zal hij in de loop van zijn verblijf steeds welkom zijn. Zo geeft Wiel in zijn dagboek te kennen dat hij door de goedheid van een individuele Duitser de verschrikkingen van Wuppertal heeft kunnen overleven. Het is een dagboek geworden van veel ellende, maar ook van enig licht in de duisternis.
Recensie:
Dit jaar (2013) wil ik bij de herdenkingen speciaal stil staan bij Wiel Tulmans uit Helden en de familie Schütte uit Wuppertal.
Een dag voordat zijn dorp Helden in Limburg bevrijd werd, werd de veertienjarige Wiel Tulmans in november 1944 door wegtrekkende Duitse troepen meegevoerd, evenals een paar tientallen andere mannen uit de buurdorpen. Ze werden in Wuppertal te werk gesteld. Wiel belandde in een groep die beschadigingen aan de spoorwegen moest herstellen. Door de aanhoudende bombardementen viel er veel te repareren. De voedselsituatie was nijpend, de onderkomens waren krap en koud, er was gevaar aan alle kanten, maar vooral uit de lucht.
Als er gelegenheid was, ging Wiel de huizen langs om voedsel te bedelen. Wat hij in het kamp kreeg was ontoereikend, zeker gezien het zware werk dat hij verrichten moest. Op een goede dag kwam hij aan de deur bij bakker Schütte. Hij kreeg twee boterhammen en de verzekering dat hij terug mocht komen. Het is niet teveel gezegd dat de familie Schütte heeft voorkomen dat Wiel de hongerdood is gestorven. De betrekking tussen de Heldense jongen en de Duitse familie werd hecht en bleef na de oorlog bestaan.
Het dagboek dat Wiel heeft bijgehouden is – in enigszins aangepaste vorm – uitgegeven in zowel het Nederlands als in het Duits, samen in één boek. De meeste aantekeningen zijn kort, maar er is een lange paragraaf gewijd aan wat bakker Schütte was overkomen. Hij was tegen het Nazi-bewind, stond ook niet toe dat de Hitlergroet in zijn huis of in de winkel werd gebracht. Op een dag liet hij Wiel een brief zien die hij van de Gestapo had ontvangen en waarin stond dat hij een hakenkruisvlag toegestuurd zou krijgen, die hij dan binnen veertien dagen aan de voorgevel moest ophangen. Zo niet, dan zou hij worden doodgeschoten. De vlag kwam, er arriveerde een brief per wanneer de vlag moest hangen. De avond ervoor ging Wiel nog bij de familie langs, de stemming was gedrukt. Met lood in de schoenen ging hij op de avond na het ultimatum naar de bakkerij. De vlag hing uit, hoewel de bakker gezegd had dat nog liever zou sterven dan die vlag ophangen.
Dochter Hanna vertelde Wiel wat er gebeurd was. Drie gewapende Gestapomannen waren om kwart voor 3, een kwartier voor het ultimatum afliep, de bakkerij binnengekomen. Bakker Schütte bleef weigeren. Ze namen hem mee naar buiten en zetten hem tegen de muur. Om vijf voor 3 haalden ze hun trekkers over, om 3 voor 3 riep zijn vrouw vertwijfeld door het raam: ‘Willie, je hebt nog een vrouw en kinderen, denk na.’ Toen knikte hij naar zijn dochter dat ze de vlag moest uithangen. Een week lang vertoonde hij zich niet buiten, van schaamte, omdat hij had moeten toegeven en dat absoluut niet gewild had.
In Duitsland wordt het dagboek van Wiel gebruikt bij het geschiedenisonderwijs, in het museum Peel en Maas in Helden is een herdenkingskamer ingericht.
Door aan Wiel en de familie Schütte te denken, denk ik aan al die andere dwangarbeiders, die geen keus hadden dan te gaan, en aan die Duitsers die zich zo ver als ze konden tegen de Nazi’s verzetten, maar toch op den duur voor de overmacht moesten zwichten.
GSB
Lees meer en discussieer mee op ons forum.