Eddy van Driel – Een zware last op jonge schouders
Auteur: EDDY VAN DRIEL: EEN ZWARE LAST OP JONGE SCHOUDERS.
Uitg.: U2pi,
Datum: 2012
ISBN 978 90 8759 3056
De auteur werkte bij de Rotterdamse Zeehavenpolitie, maar is daarnaast onafhankelijk onderzoeker van gebeurtenissen in de Tweede Wereldoorlog. Toen hij meewerkte aan een studie over het verzet op de Heijplaat, kwam hij ook in contact met mensen die tijdens de oorlog nog kinderen waren en hij nam zich voor dat hij hun verhalen wilde optekenen, voordat ze te oud waren of niet meer in leven. Een dertigtal mensen reageerde en dat leverde een 130 kortere of langere verhalen op. Van Driel is dankbaar dat deze mensen wilden spreken en hun verhalen wilden delen, want informatie en kennis die niet gedeeld wordt is verloren.
De mensen die hij geïnterviewd heeft hebben zeer diverse achtergronden, maar voor allen geldt, dat de oorlog hun jeugd vrijwel geheel verpestte en dat van hun plannen van voor de oorlog er maar weinig verwezenlijkt konden worden. De oorlog ontnam hen hun keuzemogelijkheden.
In het voorwoord wijdt de historicus Frans van Riet enkele alinea’s aan de kinderen van degenen die ervoor kozen om de bezetter te steunen. Hij beschrijft dat de ouderen via de Jeugdstorm soms toetraden tot de SS, of het Duitse leger. De jongere kinderen begrepen vaak niet welke politieke keuze hun ouders hadden gemaakt en de gevolgen ervan, al tijdens maar vooral na de oorlog, overvielen hen zonder dat, als ze al om uitleg vroegen, hun vragen beantwoord werden. Het familiegeheim drukte zwaar, ouders wilden niet over het verleden spreken, de dossiers van het CABR gaven velen voor het eerst van hun leven duidelijkheid over wat de ouders hadden gedaan.
Aan de ander kant stonden de kinderen waarvan de vader en/of moeder voor het verzet kozen. Kinderen werden ook nogal eens voor bepaalde taken ingezet, omdat de Duitsers tegen kinderen geen argwaan koesterden.
Naarmate de oorlog vorderde werden de verzetsactiviteiten gevaarlijker en nam de spanning in de verzetsfamilies toe. Ook in deze gezinnen werd na de oorlog nauwelijks over het verleden gesproken, ook hier bleven kinderen met veel onbeantwoorde vragen zitten. De impact van de gebeurtenissen was vooral groot als de belastende ervaringen niet verwerkt werden of konden worden.
Voor de Joodse kinderen maakten niet de ouders de keuze, maar de bezetter. De kinderen maakten mee hoe hun leven steeds meer ingeperkt werd, dat er van buitenaf gevaar dreigde, dat ze gestigmatiseerd werden door de verplichte ster, dat de toekomst totaal onzeker was.
Ouders die niet kozen en die niet tot de vervolgde groepen behoorden, probeerden hun kinderen zo goed mogelijk de oorlog door te loodsen. Scholen gingen her en der dicht, in het westen werd de voedselsituatie nijpend, kinderen werden op voedselzoektocht gestuurd of in groepen naar gebieden in Nederland gestuurd waar nog wel voedsel was. De communicatie tussen de verschillenden delen van het land was zeer slecht in het laatste half jaar van de oorlog.
Na de bevrijding was het wachten op de terugkomst van weggevoerde of ondergedoken familieleden. De opbouw van het land vergde alle aandacht, tijd om psychische wonden te laten helen was er niet.
Ook burgemeester Ahmed Aboutaleb heeft een korte introductie geschreven. Hij onderstreept daarin het belang van herdenken en ruimte geven om te rouwen.
De verhalen die Eddy van Driel optekende tonen aan welke zware last kinderen van de oorlog al op jonge leeftijd hebben moeten dragen. Hij zegt over hen in zijn voorwoord: ‘In de oorlog waren het allemaal nog kinderen die moedige, heldhaftig spannende dan wel angstige momenten hebben beleefd. Geen verzetsstrijders dus die de vijand of hun medelanders te vuur en te zwaard dwarszaten, maar gewoon kinderen zoals u en ik toen wij jong waren. Aangezien de oorlog voorbij is en wij weer in vrijheid verder kunnen leven, vind ik dat deze kinderen met recht een plaats verdienen in onze geschiedenis.’
Lees meer en discussieer mee op ons forum